Financieel onafhankelijk worden doe je zo

Financieel onafhankelijk worden doe je zo

Geld maakt niet gelukkig, maar financiële onafhankelijkheid maakt het leven wel een stuk gemakkelijker. Vroeger was het minder moeilijk om dit te bewerkstelligen. Je had zekerheid qua pensioen, en als je spaargeld op je bankrekening had staan, kon de rente je jaarlijks een aardig zakcentje opleveren. Tegenwoordig staan de zaken anders. Maar hoe pak je dat nu dan aan? Hoe word je financieel onafhankelijk, en wat houdt dat überhaupt precies in? een leven zonder geldzorgen, hieronder lees je welke tools je daarbij kunnen helpen. 

Wanneer ben je financieel onafhankelijk? 

Je bent financieel onafhankelijk als je genoeg vermogen bezit om je uitgaven tot aan het eind van je leven te kunnen bekostigen. Allereerst is het dus van belang om te weten wanneer je geen financiële zorgen meer hebt. Kijk daarvoor naar alle uitgaven die je kwijt bent aan vaste lasten. Denk aan de kosten voor verschillende verzekeringen, de huur van je woning, de auto die je dagelijks gebruikt of de abonnementen die je hebt op bijvoorbeeld je telefoon of de sportschool. Je moet eerst dit plaatje compleet hebben, anders weet je ook niet hoe je financiële onafhankelijkheid kan bewerkstelligen. 

Hoe weet je hoeveel je nodig hebt? 

Het uitgavenpatroon dat iemand heeft verschilt per persoon, en is uiteraard afhankelijk van het bedrag dat je kunt missen. Maar hoeveel is dat dan? Dat is onmogelijk te bepalen als je alleen maar kijkt naar je actuele uitgaven op de korte termijn. Om financieel onafhankelijk te zijn, moet je het grotere plaatje in beeld hebben. Daarvoor kun je het best een overzicht maken van je jaarlijkse uitgaven. Categoriseer al je uitgaven en vergelijk je optelsom met je bankrekening. Zo weet je zeker dat je geen kostenpost vergeet. 

Je benodigde vermogen berekenen 

Als je weet hoeveel je jaarlijks uitgeeft, kun je ook berekenen hoe groot je vermogen moet zijn om onafhankelijk te zijn. Er is een stelregel die wordt gehanteerd, en die leert dat je ongeveer 25 keer het bedrag moet bezitten dat je op jaarbasis kwijt bent aan alle uitgaven. Stel dat je op jaarbasis €40.000 uitgeeft, dan moet je dus €1.000.000 aan vermogen bezitten. Vervolgens ga je dit vermogen gebruiken om te beleggen. 

Zo bereken je je vermogen

Beleggen is de uitkomst 

De stelregel gaat ervan uit dat je geld gaat beleggen. Als je risicoprofiel neutraal is, betekent dit in de regel dat je een rendement van 5% op je investering kan verwachten. 

Als je belegging 25 keer je jaarlijkse uitgaven is, betekent dit dat de 5% rendement ongeveer gelijk zal zijn aan je jaarlijkse uitgaven. Zo geef je precies zoveel uit als er binnenkomt, zonder dat je daar iets voor hoeft te doen. Je moet wel goed weten hoe je gaat beleggen, en waarin je wil investeren

Hoe moet je beleggen? 

Om het punt te bereiken waarop je uitgaven en inkomsten gelijk aan elkaar zijn, zul je eerst klein moeten beginnen met beleggen. Begin zo snel als je kunt met een klein bedrag als eerste inleg, en zorg ervoor dat je daarna periodieke stortingen doet om het bedrag van je belegging te laten groeien. Beetje bij beetje kun je zo je geïnvesteerde vermogen laten groeien tot je streefbedrag is bereikt. 

Aandelen 

De populairste manier van beleggen is investeren in aandelen. Je koopt hierbij als het ware een stukje van een bedrijf, en deelt mee in de potentiële winst die dat bedrijf boekt. Maar let op, als een onderneming verlies draait, doe jij dat ook. Daarom kan het kopen van aandelen zeer lucratief zijn, maar het brengt ook risico’s met zich mee. 

Obligaties 

Een veiligere manier van beleggen is om voor obligaties te kiezen. Bij deze vorm ligt de rente die je ontvangt vast, en is de afloopdatum bekend. De koers kan tijdens de looptijd van de obligaties echter wel variëren. Je hebt in ieder geval meer zekerheid dat je investering winst zal opleveren, dan wanneer je aandelen koopt.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*